De impact van corona op Daan (22)

Corona raakt ons allemaal, maar de laatste weken lijken vooral jongeren besmet te raken met het virus. Uit de meest recente cijfers van het RIVM blijkt dat ongeveer duizend jongeren positief getest zijn. Zijn jongeren zich minder bewust van de risico’s? Houden ze zich minder aan de maatregelen? En hoe is het om als jongere corona te hebben? Daan (22) is één van hen: “Het moeilijkste vind ik dat mensen mijn ziekte niet begrijpen.”

“Mijn leven voor en na corona is echt compleet anders. Voor corona sportte ik drie keer per week, ging twee keer per week stappen, studeerde. Ik was altijd extreem druk. Elk feestje was ik bij, ik miste niets. Dat gaf me altijd veel energie. Nu doe ik bijna niets. Mijn studie staat op pauze. En ik heb als jongere al dertien weken geen alcohol aangeraakt. Dat zegt ook wel wat, dat zal elke student zeggen.”

“Begin april werd ik ziek. Ik woonde op mezelf, maar ben toen teruggegaan naar mijn ouders en in het tuinhuisje in quarantaine gegaan. Ik knapte snel op, precies twee weken duurde het tot mijn laatste hoestklachten over waren. “Nu ben ik helemaal beter”, dacht ik toen. Ik ging terug naar mijn oude leven: op mezelf wonen, sporten, drinken. Met wat minder energie, dat wel, maar toch. Nog weer twee weken later was ik zo zwak dat ik alleen maar in bed kon liggen. Ik voelde me lamlendig. Lichamelijk was ik kapot: een kopje optillen voelde als tien kilo liften in de sportschool.”

Nu gaat het soms goed, en soms ook niet. In het begin dacht ik bij elke goede dag: ik ben er! Maar dan viel ik weer terug. Stond ik huilend bij mijn ouders: ‘Wat is het nou toch?’

“Nu voel ik me al ongeveer tweeënhalve week redelijk stabiel. Maar ik durf nog niet te juichen. Ik ben pas blij als ik vier of vijf weken stabiel ben. Stabiel moet je ook ruim nemen hoor: ik werk nog niet, sport nog niet. Het betekent dat ik geen volle dag in bed heb gelegen in deze weken. En dat ik wat kan doen op een dag. Lunchen met vrienden ofzo. En vandaag ga ik proberen voor het eerst weer twee uurtjes te werken.”

“Het gedrag van jongeren houdt me wel bezig. Ik heb veel mensen in mijn omgeving die positief zijn getest. Een voetbalvriend van me, en vandaag nog een andere vriend. Dus ik vind er zeker wat van dat jongeren de maatregelen niet zo serieus nemen. Zelf houd ik wel zoveel mogelijk afstand, al lukt dat niet altijd hoor. Maar ik ga zo min mogelijk ergens naar binnen; een kroeg ga ik niet in bijvoorbeeld. Want ik heb geen antistoffen en blijkbaar ben ik er gevoelig voor. Dus dat vind ik eng.”

“Het moeilijkste vind ik dat mensen mijn ziekte niet begrijpen. Ik snap het wel: mensen zien mij compleet anders elke dag. De ene dag zit ik normaal op een terras, de andere dag kan ik niets. Ze voelen niet wat ik voel. Ik ben dan ook blij dat uit een lichamelijk onderzoek bleek dat mijn waardes niet normaal waren. Ze leken op de waardes van iemand met koorts. Het was fijn voor mezelf omdat het liet zien dat ik niet gek was. En ook voor de omgeving heb je dan wat te vertellen. Maar het is ook niet fijn: het kan iets chronisch worden. Daar ben ik soms wel bang voor. Dat ik 22 ben en de hele dag in bed lig. Dat kan niet.”

Dit interview is afgenomen op 13 augustus 2020

(Bron: Longfonds)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *