Burgers die afhankelijk zijn van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) voelen maar weinig invloed en regie tijdens het aanvraagproces. Daarmee groeit de afstand tussen overheid en burger onnodig, concludeert de Nationale ombudsman Reinier van Zutphen donderdag in het rapport Burger in zicht.
Meer dan een miljoen mensen maken gebruik van de Wmo, waarmee het bijvoorbeeld voor ouderen of mensen met een beperking mogelijk is om langer zelfstandig te blijven wonen. De ombudsman voerde gesprekken met burgers die via die wet zorgvoorzieningen aanvragen. Hij stelt vast dat burgers wel tevreden zijn over de voorzieningen die ze ontvangen, maar dat er in het proces van aanvragen veel te verbeteren is.
Hij noemt het aanvraagproces onduidelijk en langzaam. Het persoonlijke gesprek dat een gemeentemedewerker met de aanvrager heeft – het zogeheten keukentafelgesprek – gaat vaak over standaardpakketten en budgetten van de gemeente, in plaats van de zorgen en behoeften van de aanvrager.
(Bron en verder lezen: Gooi- en Eemlander)