Huisartsen hebben sinds het uitbreken van de coronapandemie niet de zorg kunnen leveren die ze wilden. Dat blijkt uit een onderzoek van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) onder 1600 huisartsen. Ook vrezen ze extra drukte in het najaar.
Tijdens de piek van de corona-uitbraak, maar ook in de periode daarna, voelden huisartsen zich niet in staat om al hun patiënten goed te helpen. Sommige patiënten bleven uit angst voor het virus weg uit de praktijk en door de coronamaatregelen kregen de artsen veel patiënten niet meer fysiek te zien. Ze moesten patiënten bijvoorbeeld via de telefoon of met beeldbellen behandelen.
De huisartsen maken zich vooral zorgen over de gevolgen die dit heeft voor ouderen en kwetsbare patiënten. De artsen noteren veel minder visites en die zijn juist belangrijk om kwetsbare ouderen met bepaalde aandoeningen in het vizier te houden.
Huisartsen waren het meest ontevreden over het niet de juiste zorg kunnen leveren, de beschikbaarheid van persoonlijke beschermingsmiddelen en de informatievoorziening vanuit GGD, RIVM en het ministerie van Volksgezondheid. Ze gaven hun werk een 5,9 in de piekperiode en een 6,4 in de periode daarna.
(Bron en volledig artikel NOS)