Instellingen in de ggz gaan per 1 januari stoppen met de crisisopvang voor andere doelgroepen, zoals ouderen en gehandicapten. De druk op de ggz wordt te groot en het is vanuit patiëntbelang niet wenselijk om hiermee door te gaan, zo vindt de sector.
Dat hebben brancheorganisaties De Nederlandse ggz en de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) laten weten in een gezamenlijke brief aan minister Hugo de Jonge van VWS. De sector zag dit jaar als een overgangsjaar van de oude wet BOPZ naar de wet verplichte ggz (Wvggz) en de wet zorg en dwang (Wzd).
Er is gekozen voor twee uitvoeringspraktijken, met twee verschillende uitvoeringspraktijken met elk eigen regels en procedures: één voor cliënten die een acute psychiatrische stoornis hebben – de Wvggz – en één voor patiënten met een geriatrische aandoening of een verstandelijke beperking (Wzd). Vanwege voortgangsproblemen met de invoering van de wetten, de hoeveelheid zorg die zorgkantoren inkochten en omdat de ouderenzorg en gehandicaptenzorg er niet in slaagden de crisisopvang te regelen, heeft de ggz dat op zich genomen. Dat zorgde voor te grote druk op de instellingen, aldus De Nederlandse ggz en NVvP, en op de behandeling van alle kwetsbare groepen patiënten. Dat is in een overgangsjaar nog wel te verdedigen, maar op de lange termijn onhoudbaar.
De ggz is primair verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wvggz en wil zich daaraan ook committeren. De brancheorganisaties hebben aangeboden om in ieder geval de triage te vervullen voor patiënten bij wie niet duidelijk is welke problematiek er speelt. De ggz zet daarvoor de fysieke crisisdienst in. Daarnaast is aangeboden om tot 1 januari de gehandicapte- en ouderensector te helpen bij de uitvoering van de Wzd voor cliënten in crisis en de voorbereiding op de eigen taken uitgevoerd door een SO of AVG, zodat die per 1 januari 2021 de taken van de Wzd zelf kunnen uitvoeren.
(Bron en volledig artikel Skipr)