‘Patiënt zonder smaak door chemo toch laten smullen’

Veel patiënten met kanker die een chemobehandeling ondergaan, zullen het herkennen: je smaakt verandert. De gerechten die je voor de behandeling at, smaken ineens niet meer. Of in het ergste geval heb je een metaalsmaak bij alles wat je proeft. En dat is juist voor deze patiëntengroep niet handig; want goed eten zorgt voor een beter herstel!

Foto: Catharina Kanker Instituut

In het Catharina Kanker Instituut gaat een groot onderzoek van start om de juiste smaak na een chemotherapie per patiënt weer op orde te brengen. Daar weten ze: smaken verschillen! Daarom wordt per patiënt de juiste smaak in kaart gebracht, zodat met eenvoudige toevoegingen het eten weer smakelijk is!

‘Je hersenen weten hoe iets moet smaken, maar als je het eet of drinkt, smaakt het totaal anders.’ Een van de minder bekende effecten van een chemokuur is een verandering van je smaak en reuk. Chefkok Wilko Lichteveld en Lobke van den Wijngaert vinden dat hier veel meer aandacht voor moet komen. De twee speciaal opgeleide chefkoks starten vanaf 27 juli maandelijks met het afnemen van gratis smaakanamneses en smaaktesten af bij patiënten met kanker van het Catharina Kanker Instituut die door hun behandeling, geur- en smaakverandering ervaren.

Patiënten met kanker die chemotherapie ondergaan, ervaren vaak een verandering van geur en smaak; waaronder de bekende karton- en metaalsmaak. De smaakverandering komt doordat de smaakpapillen aangetast worden door de chemokuur.

Fabeltje

Wat je proeft, wordt bepaald door zowel de smaak in je mond als de geur van wat je eet of drinkt. “Op de tong zitten duizenden smaakpapillen met receptoren voor smaken als zoet, zuur, zout, bitter en umami/hartig. Elke papil heeft deze receptoren. Dat je bepaalde smaken beter zou proeven op verschillende plaatsen in je mond, is een fabeltje. De smaken worden doorgegeven aan je brein. Ook de geur van eten en drinken speelt een belangrijke rol in de smaakervaring. Tijdens een chemokuur verandert die smaakervaring. Dat komt doordat chemotherapie vooral snel delende cellen in het lichaam beïnvloedt. Hieronder vallen kankercellen, maar ook de smaak- en geurreceptoren”, legt Lobke uit.

(Bron en verder lezen: Catharina Kanker Instituut)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *