Het College voor de Rechten van de Mens heeft onderzoek laten doen naar de participatie van mensen met een beperking. Daarbij keek het College naar artikelen uit het VN-verdrag die gaan over zelfstandig leven in de samenleving, werk en onderwijs. Eén van de hoofdconclusies van het onderzoek is dat naarmate iemands beperking ernstiger is, de inclusie en participatie in de samenleving minder is.
Het College voor de Rechten van de mens houdt toezicht op de uitvoering en naleving van het VN-verdrag Handicap in Nederland. Daarvoor laat het College ook cijfermatig onderzoek doen. Het rapport ‘Inzicht in inclusie III’ is het derde in een reeks rapporten over het VN-verdrag in de praktijk. Er is ditmaal extra gekeken naar het recht op zelfstandig wonen en deel uitmaken van de maatschappij, het recht op werk en werkgelegenheid en het recht op onderwijs. De conclusie van het College is dat op alle drie de gebieden – wonen, werk en onderwijs – over het algemeen mensen met een beperking minder goed kunnen meedoen aan de samenleving dan mensen zonder beperking.
Het rapport laat ook zien dat de ervaringen van groepen mensen uiteenlopen. Zo hebben mensen met een psychische aandoening, mensen met zwaardere vormen van een lichamelijke beperking en mensen met een verstandelijke beperking minder vaak betaald werk. En kinderen en jongeren met een verstandelijke beperking gaan minder vaak naar een reguliere school.
(Bron en verder lezen Ieder(in))